Zwarte Piet, wie kent hem niet?

Het is weer die tijd van het jaar. De dagen worden korter en ijzingwekkend snel kouder, de oliebollen zijn al weer een tijdje te koop en ook de pepernoten en chocoladeletters liggen nu al een dikke maand in de schappen, je kan er blijkbaar niet vroeg genoeg mee beginnen, kortom: Sinterklaas is weer in onze mooie lage landen. Kindertjes door het hele land kijken er al maanden naar uit en verheugen zich vooral op pakjesavond en het zetten van hun schoen, om in ruil voor een bakje haver of een winterpeen het cadeau van hun dromen te ontvangen. Die toffe goedheiligman moet maar kromliggen voor al die presentjes, maar de zware taak ligt toch echt bij de altijd vrolijke helpers van de Sint: De Pieten. Aan hun is namelijk de taak om alle gezette schoenen te vullen met pakjes, iets wat ze elk jaar weer in dank wordt afgenomen door de schoeneigenaren. Dat is althans hoe de kinderen het sinterklaasfeest beleven, ’s avonds leuk je schoen zetten en dan ’s ochtends snel naar beneden rennen om je pakjes open te scheuren. Helaas is het voor volwassen Nederland niet helemaal hetzelfde, er woedt, zoals bekend, al jaren een verhitte discussie over het toch wel bijzonder discutabele voorkomen van Piet. Wat is de geschiedenis die eraan ten grondslag ligt? En hoe kunnen we nu het beste verdergaan, om dit prachtige feest leuk te maken voor iedereen.

 

Het sinterklaasfeest zelf vindt zijn oorsprong in de verering van de heilige: Nicolaas van Myra. In de middeleeuwen was het een erg populair feest in verschillende landen in Europa, het was toentertijd nog wel een uitermate religieus feest. Pas vanaf de Reformatie in Nederland begon het een volksfeest te worden, onder druk van de protestanten die tegen de verering van heiligen waren. Onder de protestanten verandert sinterklaas van een kindervriend in een boeman, die stoute kinderen straft en goede kinderen beloont. Hij had toen de verschijning van een zwarte man met belletjes of kettingen aan zijn kleren. Deze verschijning ligt zeer waarschijnlijk ten grondslag aan Zwarte Piet. Door de eeuwen heen ondergaat het feest nog een aantal veranderingen, totdat onderwijzer Jan Schenkman in de 19e eeuw onze moderne invulling geeft aan het feest. Sinterklaas verandert in de statige man met zijn lange baard, staf en mijter die wij nu nog steeds kennen. Hij voegde ook een aantal van de bekendste gebruiken van het feest toe: de stoomboot, de intocht en ook de zwarte knecht van sinterklaas, die in de volksmond al snel Zwarte Piet begon te heten. Het begon met één knecht maar dit werden er gaandeweg steeds meer. Na de bevrijding in de Tweede Wereldoorlog, organiseerden de Canadese militairen een intocht met een hele massa aan Pieten en dit sloeg aan. Zo zijn we uitgekomen op het feest dat wij nu nog altijd jaarlijks vieren.

 

Door de eeuwen heen is het feest dus flink verandert en heeft het veel kritiek gekregen. Vanaf de 20e eeuw werd deze kritiek echter op één onderdeel gevestigd: Zwarte Piet. Het is namelijk een fabeltje dat deze discussie iets van de laatste jaren is. Er zijn al klachten gevonden zo vroeg als 1927. Een donkere man moest in Rotterdam voor de politierechter verschijnen voor het slaan van een havenarbeider, de man reageerde boos dat hij was uitgescholden en dat donkere mensen voortdurend voor Zwarte Piet werden uitgemaakt. Er bestaat ook een artikel uit het Algemeen Handelsblad van 25 november 1933 waarin een foto staat van een klein donker meisje, dat meisje zou zogenaamd het nichtje van Zwarte Piet zijn en samen met alle andere neefjes en nichtjes in Nederland het meeste uitkijken naar de komst van Piet. Er zijn nog veel meer soortgelijke voorvallen te vinden die duidelijk laten zien dat de vergelijking tussen donkere mensen en Zwarte Piet regelmatig voorkwam.

 

Ook vanuit het buitenland is er erg veel kritiek gekomen op het uiterlijk van Piet. Toeristen en buitenlandse mogendheden kijken vaak vol verbazing en afschuw naar onze traditie. Waar wij nog door de roze bril van nostalgie kunnen kijken, zien mensen die dit niet hebben de harde waarheid: het uiterlijk van Zwarte Piet is, hoe je het ook wendt of keert, een bijzonder kwetsende karikatuur. Dit was ook duidelijk voor Erik van Muiswinkel, die jarenlang de rol van hoofdpiet vertolkte op televisie: “Ik heb het altijd geweten: één stap over de grens en dit kan echt niet.” Hoe kan iets nou een mooie traditie zijn als de rest van de wereld er met afschuw naar kijkt? Dan moeten er toch serieuze vraagtekens geplaatst worden bij die traditie? Als wij buitenlandse gebruiken onder de loep mogen nemen en veranderen, moet dat ook bij onszelf mogelijk zijn.

 

Ik heb vroeger altijd met volle teugen genoten van het sinterklaasfeest. De pracht en praal van de intocht, de liedjes die je uit volle borst mee kon blèren, de lekkernijen maar bovenal het vinden van een cadeautje in mijn schoen als ik ’s ochtends naar beneden kwam. Sinterklaas en Zwarte Piet zijn een onderdeel van mijn jeugd, iets waar ik met veel plezier aan terugdenk en ik wil het feest dan ook graag bewaren. Maar ook voor mij is het nu duidelijk dat er verandering moet plaatsvinden, het kan zo echt niet langer. Nostalgie mag geen reden zijn om een racistische traditie in ere te houden. Voor de kinderen maakt het heus niet uit welke huidskleur Piet heeft, het gaat ze immers om het feest. Laten we er iets van maken waar we allemaal nog lange tijd van kunnen meegenieten.

Sluiten