Slechthorendheid voor dummies
Beste lezers,
Wat heb ik lang getwijfeld of ik dit artikel zou gaan schrijven. Dit jaar heb ik hard gewerkt aan mijn reputatie als ‘theekoningin en beschermengel van de waterkoker op de kamer’, ik zou het dan ook erg jammer vinden als dit wordt vervangen door ‘dat dove meisje’. Aan het einde van dit prachtige studiejaar heb ik er dan toch maar de pen voor opgepakt. Ik vind het namelijk wel belangrijk om mijn medestudenten een idee te geven hoe het (studenten)leven kan zijn als je slechthorend bent.
Zo doof als een kwartel
Eerst even de feiten op een rijtje hebben. Mijn gehoorverlies is … dB. Ehm… geen idee eigenlijk. Vanaf mijn geboorte ben ik al slechthorend, maar om eerlijk te zijn heb ik met nooit echt verdiept in de cijfertjes. Als iemand aan mij vraagt wat mijn verlies is, zeg ik altijd maar dat ik niet zo’n sterk verlies heb en ik nog best veel kan horen. Dat is tenminste hoe ik het ervaar, op veel dagen denk ik zelfs dat ik bijna gehorend zou kunnen zijn! Aangezien ik me toch niet bewust ben van het overgrote deel van de dingen die ik mis, werkt deze filosofie over het algemeen erg goed.
Om jou als lezer toch een beter idee te kunnen geven over wat mijn verlies is, heb ik toch maar even de audicien gebeld om te kijken of hij meer wist over hoeveel ik (niet) hoor. Wat hij mij opstuurde aan audiogrammen was wel een beetje confronterend. Ik schat mijn gehoor namelijk veel positiever in dan dat het in werkelijkheid is. Haha, ja dat had ik dus ook niet verwacht. Mijn audiogrammen zien er als volgt uit:
Voor de duidelijkheid hebben ze mijn linkeroor-gegevens op bij het grafiekje rechts gezet en alles voor mijn rechteroor links. Het lijkt wat ingewikkeld, maar voor ons dummies staat er gelukkig bovenaan elke grafiek wat het verlies is. In het algemeen gaat men uit van het verlies in de hoge fletcher, om de mate van slechthorendheid aan te duiden. Bij mij is dat dus 45 dB (even hard als een auto die langsrijdt) dit valt onder matig slechthorend. Zelf dacht ik altijd dat ik net bij de grens van slechthorend zijn zat, dat is 35 dB verlies. Op de site van één van de grote Nederlandse audiciens staat bij matig gehoorverlies ‘de tv moet zodanig hard worden gezet dat anderen die zich in dezelfde ruimte bevinden dit als herrie gaan ervaren.’ Dat kan ik helaas niet ontkennen, bij mijn familie zijn er vaak tv-volume-discussies. Voor een wat duidelijker beeld van wat ik wel en niet versta is er ook een spraakaudiogram:
Ook dit lijkt ingewikkeld, maar het valt erg mee. De meest linkse lijn is van iemand die gehorend is en al die F’jes zijn meetpunten van mijn gehoor mét gehoorapparaten (zonder kom je me toch niet tegen). Op de linkeras zie je vervolgens het percentage dat iemand hoort. Bijvoorbeeld in een normaal gesprek (60dB) hoor ik tussen de 90 en 100 procent. Nadeel is alleen dat dit wel uitgaat van de perfecte situatie van een gesprek. Dat wil dus zeggen, geen achtergrondgeluid en de gesprekspartner op een meter afstand. Op deze site kan je vinden hoe het is om te horen met verschillende verliezen. Ik wilde het testen, maar je moet goed kunnen luisteren daarvoor. Leuk weetje is dat fluisteren op 30dB zit. Daar hoor ik 0 procent van, tegenover de 65 procent van een gehorend mens. Dat brengt ons meteen bij hoe mijn leven er in praktijk uit ziet, want studenten fluisteren erop los en inderdaad, ik versta er geen woord van. Laat al die audioberichten over de app ook maar zitten: ik twijfel nog steeds of een vriend van me het had over een band van z’n fiets of over een bank. Terwijl ik zelf die bank in elkaar heb gezet.
Wie niet horen wil, moet voelen
In zijn essentie is slechthorend zijn niks anders dan het niet goed functioneren van een zintuig. Dus het is in mijn ogen ongeveer hetzelfde als niet goed kunnen zien. Dat is immers ook een handicap. De meeste dingen zijn dan ook hetzelfde. Als je een bril hebt, doe je hem ook af als je gaat slapen of als je nat wordt. Als je die bril dan afzet word je niet in één keer blind. Dus ook als ik mijn gehoorapparaten uit doe kan ik nog steeds horen en word ik niet plots doof. Ook als het om de prijs gaat, gaan een bril en gehoorapparaten gelijk op. Als je een dure designerbril aanschaft voor lastige ogen en er vier koopt (normale bril, zonnebril, computerbril en een bril voor autorijden), dan kun je mijn gehoorapparaten ook aanschaffen. Dan heb je ook wel het beste van het beste. Mét fancy draadloos telefoneren en muziek luisteren. Je hebt immers je ‘oortjes’ permanent in.
Een vervelende ervaring dit jaar was dan ook voor mij toen een gehoorapparaat stuk ging. Zoals mensen die zonder hun bril zitten voor een tijdje, kost het heel veel energie omdat een zintuig niet werkt. Helaas voor mij moest ik deze keer op pad met twee grote hindernissen op de weg. Nummer 1 was de In Duplo-kamer. Nu is dit normaal voor mij al een ramp op zich, aangezien ik alleen de mensen versta die naast me staan omdat er daar altijd veel mensen stemmen door elkaar klinken. Zonder gehoorapparaten heeft elke zin van mijn gesprekspartner herhaling nodig en sociaal gezien ervaar ik dat als erg onhandig. Aangezien ik erg veel zin had in thee ging ik toch even langs de kamer. Iemand was zelfs zo aardig om te vragen hoe het was, nu ik min of meer doof door het leven ging. Uiteindelijk was de kamer dus een groot succes. Op zulke momenten ben ik erg onzeker over mijn horen en denk ik er in mijn hoofd veel over na, al is het soms nergens voor nodig.
Hindernis nummer 2 was samenwerken. Een groot nadeel van slechthorend zijn is dat mensen snel geïrriteerd raken of denken dat je niet oplet tijdens een gesprek. Ik hoor met regelmaat dat ik mensen negeer of geen gedag zeg, maar ja, daarvoor moet ik dan wel die gedag horen. Erger is nog als mensen niet zeggen dat ik ze negeer (doe ik dus niet!) en dan kan ik het ook niet uitleggen. In normale gesprekken geef ik niet altijd reactie op wat er gezegd wordt, simpelweg omdat ik het niet kan verstaan. Zo gingen we voor het samenwerken dus in de Etude zitten en ik kon mijn groepsgenoten dus niet verstaan. Dat werkte op z’n zachts gezegd niet bevorderend voor de samenwerking. Eigenlijk moet ik dan vragen of we niet ergens anders kunnen gaan zitten waar het stiller is. Toch komt dat dan zo egocentrisch over als je vraagt je omgeving moeite te doen om zich aan te passen aan jou.
Je oor te luisteren leggen
Wat ik vaak opmerkelijk vind is hoe weinig mensen vragen aan mij stellen over mijn gehoorapparaten. Want om eerlijk te zijn: over het algemeen heb ik het idee dat mensen er nauwelijks iets over weten. Misschien vinden mensen het onbeleefd om ernaar te vragen of het boeit ze gewoon niet. Ik beantwoord vragen in elk geval graag, dus vraag er gerust een keertje op los. Geen enkele vraag is een foute vraag! Alhoewel, de vraag van een klasgenoot op de middelbare, of ik vanwege mijn gehoorapparaten ook een psychische aandoening had, mag je achterwege laten. Het antwoord daarop is natuurlijk, ja. Iedereen met een bril is immers ook stiekem een psychopaat.
Ergens oren naar hebben
Als je in een vrijgevige bui bent om het leven van je slechthorende medestudent makkelijker te maken, dan heb ik twee gouden tips. 1: Kijk de persoon aan waarmee je aan het praten bent. 2: Sta op ongeveer een meter afstand tijdens het praten. That’s it, als iedereen deze regels volgt zou er een wereld aan verstaanbare gesprekken voor mij opengaan. Nu alleen nog iedereen hiervan zien te overtuigen en op mijn voorhoofd tatoeëren zodat iedereen die ik ontmoet het meteen weet.
Concluderend, mag iedereen die gehorend is daar echt vet blij mee zijn, ook al sta je er in je dagelijks leven niet zo bij stil. Let daar dus ook een beetje op met te harde muziek en zo. Mijn slechthorendheid loopt zo ‘makkelijk’ als het maar zijn kan. Ik heb het al mijn hele leven, heb het geld en heb veel steun en kennis vanuit de familie. Als het plotseling gebeurt is het geen pretje. Lief zijn voor je oortjes dus!