In Duplo breaking borders: Canada, eh!
Als ik in Augustus voor het eerst door de Canadese straten loop, valt me direct iets op: bij bijna alle huizen staan wel drie of vier auto’s. Het is meteen duidelijk dat Canadezen en hun auto’s onafscheidelijk zijn. Hier hebben ze meerdere redenen voor: zowel benzine als autobezit is heel goedkoop en afstanden tussen steden zijn voor Nederlandse begrippen op zijn zachtst gezegd nogal groot. Iedere keer als ik Canadezen vertel dat Nederlanders vinden dat mijn ouders ontzettend ver weg wonen van Rotterdam, lachen ze me uit en zeggen ze dat drie uur reizen ‘om de hoek’ is.
De eerste paar dagen in Canada, verblijven we in Brampton, een plaatsje vlakbij Toronto, waar de nicht van mijn moeder woont. Meteen valt op dat in Brampton ontzettend veel Indiërs wonen en mensen met een andere achtergrond schaars zijn. Later blijkt dat dit een veelvoorkomend fenomeen is in Canada: dorpen/steden die voornamelijk bestaan uit mensen met maar één bepaalde achtergrond.
Later, wanneer we onze reis voortzetten naar Toronto, Calgary, Banff, Jasper, Vancouver, Ottawa en Montréal, merk ik pas hoe divers Canada is en wel op meerdere fronten. Zo kun je niet echt dé Canadees beschrijven, aangezien bijna alle Canadezen een andere achtergrond hebben. Ook is de tweetaligheid van het land een bijzonder fenomeen en is het echt heel opvallend dat veel mensen uit Québec geen of slecht Engels spreken, zeker buiten de grote steden. Mocht je dus een tripje plannen naar Québec, dan is het zeer aan te raden om je Frans op te halen. Verder zie je de diversiteit ook heel erg terug in het landschap: aan de ene kant heb je een bizar drukke stad, zoals Toronto, met overal skyscrapers en meer dan 4,5 miljoen inwoners, en aan de andere kant heb je prachtige, rustgevende natuur, zoals in Banff, Jasper en Vancouver (Island). Ten slotte is het opvallend hoe groot de diversiteit tussen provincies onderling is. Ik ben in Ottawa, Québec, Alberta en British-Columbia geweest en in mijn beleving is Ottawa heel Amerikaans, Québec heel Frans, Alberta heel conservatief en British-Columbia heel progressief.
Iets heel anders wat direct opvalt aan Canada, is dat aan de ene kant boodschappen relatief duur zijn, zeker fruit en groenten, maar dat aan de andere kant fastfood ontzettend goedkoop is. Dit zorgt ervoor dat zelf koken vaak nog duurder is dan gewoon even snel iets afhalen. Daarom viert in Canada, zoals ik het noem, de to-go-cultuur hoogtij. Heel veel Canadezen schromen er dan ook allerminst voor om iedere maaltijd een ‘to-go’tje’ te halen. Een van de plekken waar Canadezen verliefd op zijn, is Tim Hortons. Man man, je kunt Canada bijna beter Tim Hortons-land noemen! Letterlijk op elke hoek van de straat is er wel een Tim Hortons te vinden. Zo zijn er op onze campus wel elf(!). ‘Geen dag zonder Hortons en stoten’, zullen we maar zeggen? Nog een leuk extraatje: mocht je een goede indruk op een Canadees willen maken, vraag dan het volgende: “Do you know where I can find the nearest Timmies, so I can get my double double, eh?” Double Double is koffie met twee suikerklontjes plus tweemaal creamer en Canadezen zijn er helemaal gek op. Ook hebben Canadezen de neiging om achter elke zin/vraag het woord ‘eh’ te zeggen, dus met bovenstaande vraag ben je gegarandeerd een grote baas! Vergeet trouwens ook niet dat hoeveelheden hier een stuk groter zijn dan wij over het algemeen gewend zijn. Ik schrok me een ongeluk toen ik een large thee bestelde. Om dus te voorkomen dat je tien keer naar de washroom (ja, zo noemen ze het toilet hier) moet, zou ik aanraden om een maatje kleiner te kiezen dan je in eerste instantie in gedachten had.
Nog een grappig weetje: het water is echt smerig in Canada. Met name de eerste paar dagen had ik echt het idee dat ik iedere keer een zwembad aan het leegdrinken was. Het klinkt echt heel zielig om dit te zeggen, maar ik kan niet wachten tot ik weer fatsoenlijk water uit de kraan kan drinken in Nederland. Wat een mens leert waarderen tijdens exchange is soms toch wel interessant…
Wat erg positief is over dit geweldige land, is dat Canadezen ontzettend warme mensen zijn. Ze staan altijd voor je klaar, ze willen je echt met alles helpen en ze zijn ook nog eens ontzettend geïnteresseerd in alles wat je doet. Ik heb niet eerder in mijn leven een volk ontmoet dat zo ontzettend aardig is (sorry, Nederlanders).
Ten slotte heb ik nog een aantal universiteitservaringen voor jullie. Ten eerste duren bachelors hier vier jaar in plaats van drie. Heel veel studenten stoppen na hun bachelor met studeren en gaan dan eerst een aantal jaar werkervaring opdoen alvorens aan een master te beginnen. Ook lijkt het universiteitssysteem veel meer op de middelbare school dan wij gewend zijn in Nederland. De groepen zijn een stuk kleiner, er is heel veel interactie tijdens de lessen en de professoren kennen je naam. Ook heb ik het gevoel dat je veel meer aan het handje wordt gehouden, aangezien je bijna elke week wel assignments, quizzes of midterms hebt om ervoor te zorgen dat je goed voorbereid bent voor de final exams. Bovendien doe je niet per se één studie, maar kan je helemaal zelf bepalen welke vakken je wilt volgen en van welke richtingen. Je kunt bijvoorbeeld een psychologievak, Frans vak, economievak en muziekvak tegelijk volgen. Ten slotte is sport hier een ontzettend belangrijk aspect van de universiteit. Zo heb je het echt he-le-maal gemaakt als je bij een Varsity team speelt, zijn er wel duizend (sport)clubjes en de sportschool is gigantisch. Het voordeel hiervan is wel dat er daardoor ontzettend veel gespierde mannen op de campus rondlopen, maar dat is weer een ander verhaal ;).
Ik zou nog zoveel meer kunnen vertellen over al mijn ervaringen hier, maar voor ik jullie begin te vervelen, brei ik er maar een eind aan. Mocht je iets willen weten, schroom dan vooral niet om me een berichtje te sturen! Nu rest mij nog het volgende te zeggen: “Bye bye and I hope to see you all in January, eh!”